Oefening 4
Stop motion
De leerlingen maken een stop motion en hebben hierin vrije keuze over wat dit gaat. We doet het met dit programma, dat gratis te downloaden is.
Leerlingen krijgen uitleg over stop motion en er wordt hen geleerd hoe ze te werk moeten gaan bij het maken van een stop motion. De leerlingen worden in groepjes verdeeld, elk groepje maakt een eigen dans op een zelfgekozen lied. Dit hoeft geen moeilijke dans te zijn. Ze maken de foto's met het programma en tonen daarna de resultaten aan hun klasgenoten. Daarop gaan ze hun oordeel geven over hun eigen werk en wat er beter zou kunnen en waar ze zelf niet tevreden over zijn. Maar ook is het de bedoeling om een kritische blik te hebben op de werken van hun klasgenoten.
Het is geschikt voor een vijfde leerjaar omdat de leerlingen enorm van bewegen houden. Alle kinderen houden van bewegen, maar toch is dit niet aan te raden in een eerste of tweede graad. Het maken van een stop motion is niet zo simpel dan het lijkt.
Leerplan (VVKBaO)
1 Kinderen experimenteren met en bekwamen zich in de uitdrukkingsmogelijkheden van hun lichaam:
1.2 exploreren verschillende houdingen en bewegingen.
1.4 zetten waargenomen klanken om in beweging.
2 Kinderen kunnen zichzelf met een zekere dynamiek in bewegingen aanvoelen en organiseren
2.1 spelen met evenwicht in houdingen en bewegingen.
3 Kinderen bewegen vlot in tijd en ruimte
3.1 experimenteren met verschillende aspecten van de tijd, zoals duur, tempo en snelheid, volgorde, metrum en ritme.
4 Kinderen worden zich bewust van hun identiteit en hun inlevingsvermogen
4.2 uitbeelden van een eenvoudig bewegingsverhaal.
5 Kinderen ervaren de mogelijkheden van lichaamstaal en van de dans om met zichzelf en met anderen te communiceren.
5.3 zelf dansen ontwerpen om individueel of in groep uit te voeren.
6 Kinderen trachten de bewegingsexpressie van zichzelf en van anderen te beoordelen.
6.3 kunnen en durven verwoorden wat ze vinden van de eigen bewegingsexpressie en die van hun leeftijdsgenoten.
6.4 hun bewegingsexpressie en die van anderen kritisch kunnen en durven bespreken.
De eintermen ICT gelinkt aan deze opdracht:
ET2 De leerlingen gebruiken ICT op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier.
De leerlingen gebruiken een gratis en veilige site om de stop motion te realiseren. Ze gaan verantwoord om met het maken van de foto's.
ET5 De leerlingen kunnen ICT gebruiken om eigen ideeën creatief vorm te geven.
De leerlingen gaan zelf op zoek naar muziek die bij hen past, daarbij gaan ze ook zelf een dans in elkaar steken. Dit alles maakt dat de leerlingen eigen ideeën creatief vorm geven. Het zijn dan ook enkel de ideeën van de kinderen zelf die hierin verwerkt zijn.
ET6 De leerlingen kunnen met behulp van ICT voor hen bestemde digitale informatien opzoeken, verwerken en bewaren.
De leerlingen verwerken de informatie die ze vooraf kregen. Ze gaan van de verwerking over naar de praktijk, waardoor ze het beter gaan begrijpen en onthouden. Ze moeten eerst vooraf zoeken wat ze willen vooraleer ze het gaan uitvoeren.
ET7 De leerlingen kunnen ICT gebruiken bij het voorstellen van informatie aan anderen.
De leerlingen laten hun resultaten zien aan de andere leerligen van de klas als voorstelling.
ET8 De leerlingen kunnen ICT gebruiken om op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier te communiceren.
De leerlingen geven hun oordeel over hun eigen werk en wat er beter zou kunnen en waar ze zelf niet tevreden over zijn. Maar ook is het de bedoeling om een kritische blik te hebben op de werken van hun klasgenoten.
|
